Uit het clubleven (37)

In deze rubriek staan spellen, anekdotes en verhalen uit het clubleven. Hebt u ook een interessant, grappig of spannend verhaal? Stuur het naar impredactie@gmail.com.

Vraag vooraf

Je zit als zuid in 6 ( N, niemand) en dit zie je:

Het maakt niet uit waarmee west uitkomt, je gaat alle slagen halen. Nu weet je de positie van H, V en H. O ja? Waar zitten die kaarten dan?

Je kunt ook teveel punten hebben

Nieuwjaarsdrive bij BC Josephine. We spelen topintegraal in 2 gemengde lijnen. Geurt en ik ontmoeten direct stevige tegenstanders. Maar na 3 spellen hebben we waarschijnlijk een positieve score. Ik zit (gedraaid) west en ik krijg deze hand:

8 2 7 6 H V 10 9 H 10 9 7 5.

Daarmee participeer ik in het volgende biedverloop (N/niem):

West
Rinus

Noord
N.N

Oost
Geurt

Zuid
N.N

–

pas

pas

2 SA

pas

3

pas

3

pas

3

pas

4

pas

4SA

pas

5

pas

6

a.p

Toelichting: 3 is Niemeijer, 3 belooft een vijfkaart, 3 is echt of controle. 4 is een controlebieding. 4 SA is RKC en 5 belooft 2 azen (van 4!, troef is dan nog niet vastgesteld). U hebt ideeën over dit biedverloop? Ik ook. Maar dat doet er nu niet toe. Waar kom ik mee uit? Leider en dummy hebben samen ruim 30 punten en ik heb er 8. Dan heeft Geurt niets. Maar er zijn downkansen: ik zit met mijn heren achter de hand met verreweg de meeste punten. Dan is het makkelijk: ik leg H op tafel. Na de mislukte snit over H kan ik meteen mijn 2^e slag oprapen.

Dummy komt op tafel:

B in de dummy: het zal eens niet! De leider heeft natuurlijk A en kan nu de B tot slag promoveren door een kleintje uit de hand naar de dummy te spelen. Misschien heeft hij dan de snit in niet eens nodig. En inderdaad neemt de leider de slag in zijn hand en speelt 2 rondjes . Geurt kan de 2^e ronde niet bekennen en gooit 4 af. Ik kijk verwonderd naar de leider, die als volgt reageert: “Een extra harten leek me wel handig”.  Waarom ook niet: een biedsysteem is ook maar een hulpmiddel. Maar dan volgen hele nare ontwikkelingen: de leider speelt uit de hand H en B, gaat met een 3^e naar tafel en raapt A en V op. Op de V gooit hij in zijn hand 2 af. Ik heb inmiddels afscheid genomen van 2 . Geurt heeft 4 maal bekend en doet er verder niet meer toe. Dan gaat de leider met troef naar zijn hand en speelt weer . Mijn hand en de dummy zien er inmiddels als volgt uit:

Ik voel de catastrofe aankomen: wat zou het toch mooi zijn als Geurt nu V of H had! Maar de leider is onverbiddelijk. Ik kan op de 9^e slag 9 nog missen, dummy bekent nog. Dan weer een : ik doe 10 weg, op tafel 8. Op de 11^e slag speelt de leider zijn laatste en ik moet 10 leggen. Op tafel gaat nu B weg. En dan speelt de leider een kleine via mijn H naar het A en een kleine terug naar zijn hand: hij maakt de laatste slag met V.

Het hele spel lag als volgt:

Mooi uitgespeelde dwangpositie. Wij scoren op dit spel 13,33 %. Het spel werd 16 keer gespeeld. 14 maal werd slem geboden (1 x 6SA, 1 maal 6). Slechts 5 leiders maakten de overslag. Er was nog discussie over de vraag of de uitkomst van belang is. Een start met H maakt het de leider gemakkelijk, maar een andere start verandert niets aan de dwangpositie. De leider kan altijd zijn 12 slagen ophalen en daarna de 13^e incasseren met B of V. Behalve als west met start. Die moet de leider laten doorlopen naar zijn V voor de 13^e slag.

Oproep

In een dwangpositie zitten is verschrikkelijk. De bijbehorende slechte score maakt het alleen maar erger. Maar een slechte score hoeft helemaal niet als meer bridgers zich verdiepen in het verschijnsel dwang. Daarom bij deze een oproep om daar werk van te maken. Dat levert mij in volgende gevallen een betere score op. We hoeven de lat niet direct erg hoog te leggen, maar 35 % voor slachtoffers van een dwang vind ik wel het minimum. Dus kom op, aan de studie! Begin maar bij de vraag vooraf, hierboven.