VerdiDuo: duale preëmptieve transferbiedingen

Verdi, transfer-preëmpts op driehoogte, kan eenvoudig worden uitgebreid tot een DuoBid, een bod met twee betekenissen. De eerste betekenis is dan nog steeds de transfer met een gewone preëmpt. De tweede betekenis is een tweekleurenspel, minstens een gezonde opening.

door Bas Groot

Transfers zijn hot. Partner aan de praat houden en het contract in de goede hand krijgen heeft een hoge prioriteit. Vele denkers zijn ons voor gegaan, denk aan Jacoby, Rubens, Martens. In het lijfblad Bridge van de NBB wordt nu zelfs T-Walsh besproken.

Merkwaardig eigenlijk dat op drieniveau vrijwel geen transfers worden gebruikt. Toch hadden Svend Novrup en Anders Laustsen in 1968 al de conventie ‘Verdi’ bedacht: een opening van 3♣ tot en met 3 gaf dan een preëmpt aan in de naasthogere kleur.

Op het BC Leeuwarden Pattontoernooi van 28 februari 2015 kwam het volgende spel voor:

West opent met 3 (Verdi) en oost bood uit de hand 6♠. Onverliesbaar door de transfer. Die J is uiteraard niet boven water te krijgen, anders is 6SA een nog mooier contract.

6♠ gespeeld door west is down bij klaverenstart, zoals je ziet. Dus het transfermechanisme werkt hier als een trein. De tegenpartij vond onze bieding trouwens maar ‘weinig wetenschappelijk’.

Natuurlijk kleven er aan de oorspronkelijke Verdi nadelen. De tegenpartij krijgt namelijk een aantal extra biedingen cadeau. Stel je opent 3, Verdi. Doublet kan nu betekenen: die heb ik en niet forcing; 3, in de Verdi-kleur: ofwel ik heb bij benadering een 4144-hand, ofwel ik ben echt sterk.1

Het goede nieuws is dat Verdi verrassenderwijs eenvoudig kan worden uitgebreid tot een DuoBid, een bod met twee betekenissen. De eerste betekenis is dan nog steeds de transfer met een gewone preëmpt. De tweede betekenis is een tweekleurenspel, minstens een gezonde opening, gebaseerd op 6‑5-handen met in beide kleuren minstens twee plaatjes (boer of hoger). Deze handen zijn lastig te bieden; je kunt hier niet reverse mee bieden, want dan verwacht partner meer honneurkracht.

Deze handen zijn supersterk als er een fit is. Een bijkomend voordeel is dat de tegenpartij geweldig onder druk wordt gezet, terwijl jij als partner van de Verdi-bieder een goed beeld hebt van het strijdtoneel.

De combinaties voor een tweekleurenspel kunnen de volgende zijn:

  • 2SA = transfer naar klaveren of een spel met de rode kleuren +
  • 3♣ = transfer naar ruiten of een spel met de zwarte kleuren ♣+♠
  • 3 = transfer naar harten of een spel met de ‘puntige’ kruiskleuren (+♠)
  • 3 = transfer naar schoppen of een spel met de ‘ronde’ kruiskleuren (♣+)
  • 3♠ = naar keuze, bijvoorbeeld de lage kleuren.

Toelichting:

  • De twee kleuren zijn expliciet, dit in tegenstelling tot bijvoorbeeld soms bij Michaels Cuebid en bij de Wereldconventie.
  • Bij een tweekleurenspel bied je altijd één kleur volgens het rood, zwart, kruis, kruis-principe, behalve bij 2SA.
  • Deze conventie is lastig te verdedigen. Een doublet is riskant en een volgbod wordt zo maar opgeblazen.
  • Een minpunt is dat het natuurlijke 2SA-bod niet meer beschikbaar is. Daar is echter wel een mouw aan te passen.
  • Met een harten-schoppenspel kun je bijvoorbeeld 2 openen. De Muiderberg 2 is sowieso al weinig effectief.

Een paar voorbeelden als illustratie. Ik speelde in Alkmaar op 4 januari 2015 en we kregen:

Ik opende met deze kruiskleuren dus 3, aangevende een transfer naar harten óf +♠. Omdat de afspraak is twee plaatjes in elke kleur, ziet mijn partner dat als ik de kruiskleuren heb, 6SA kansrijk is. Heb ik een zwak spel met hartens, dan is 4 het proberen waard. Op 4 bood ik 4♠, aangevende een zeskaart in schoppen. Nu was 6SA een inkoppertje.

Op het BCL Pattontoernooi op 21 februari 2015:

Ik opende de oosthand met 3 (= ♠ of kruis, dus ♣+). Nu is het zaak voor west goed na te denken. Het is onwaarschijnlijk dat oost een Verdi in schoppen heeft; dan hadden NZ allang geboden. Dus partner heeft ♣+. 3SA is dus nu een kansrijk bod.

Vertrouwt West het niet en biedt hij 3♠ – wel erg voorzichtig – dan is er nog geen man overboord. Oost heeft dan de volgende mogelijkheden:

  • hij past als dit zijn Verdikleur is;
  • hij biedt 4 als dit zijn zeskaart is;
  • hij biedt 3SA als transfer naar zijn zeskaart klaveren.

Uiteraard is het handiger om ook deze biedingen met transfers aan te geven. De antwoordende hand heeft doorgaans meer belang bij bescherming dan de openaar. In dit geval wordt dan met 3SA de zeskaart klaveren aangegeven. Voor de hartens heeft dit geen zin, want er is al met harten geopend. Deze methode om al dan niet transfers te bieden kan nooit tot misverstanden leiden, want de kleuren liggen vast.

Deze twee voorbeelden illustreren duidelijk de offensieve waarde van VerdiDuo. Dat er ook vaak sprake is van pressure bidding geeft het volgende spel aan. Nogmaals Alkmaar.

Dat de tegenpartij onder druk komt te staan na het 3♣-bod (= of zwart) is duidelijk. Noord zal dan vaak een gokje nemen met 3. Van een koude kermis thuis komen, zeggen we dan. Bandje erom. Voor zuid wordt het nu nog moeilijker. Stel dat west gewoon ruitens heeft, dan zal zuid dus nu 3♠ bieden. Huppakee, weer een bandje.

Als noord niet biedt is het voor oost zonneklaar: hij ziet dat West ♣+♠ heeft en biedt dus 3SA.

Hoe ziet de andere kant van de medaille eruit, wat bij voorbeeld te doen bij:

  • je bent zelf zwak, met of zonder fit;
  • je bent zelf erg sterk, met of zonder fit.

De tweede man past:

De antwoorder is zwak en heeft veel Verdi-kaarten. De kans dat openaar nu 6‑5 heeft is erg groot. Doel is nu in de beste fit te komen, waarbij 6‑1 beter is dan 5‑2.

  • Anticiperen: als je een fit hebt in een van de 6‑5-kleuren, bied die dan.
  • Heb je een fit in beide kleuren, bied dan de Verdikleur; je wilt immers graag de zeskaart weten.

De antwoorder is zwak en heeft weinig Verdi-kaarten:

  • bied de Verdi-kleur;
  • mocht openaar toch 6‑5 hebben, dan heb je dus altijd een goede fit.

De antwoorder is sterk en heeft weinig Verdi-kaarten:

  • Dit is uiteraard een lastige situatie, meestal zal partner zwak met Verdi zijn, de crux is dan ervan uit te gaan dat hij een Verdi heeft.
  • 3SA is nu veelal een optie vanwege het 4441-achtige karakter van je hand.
  • Ben je slemgeoriënteerd, dan kan de ‘vierde’ kleur – dat wil zeggen: de enige die opener niet kan hebben – worden geboden als mancheforcing relay; de Verdi-bieder zal nu een (herhaalde) transfer naar zijn langste kleur geven en de antwoorder maakt zijn keuze.

De antwoorder is sterk met veel Verdi-kaarten: partner zal nu wel een 6‑5 hebben, maar je weet nooit. De tegenpartij houdt zich stil. Oplossing: bied de ‘vierde’ kleur. Partner geeft nu aan wat hij heeft met transfers.

De tweede man doubleert. Wat betreft het doublet hebben wij nu een aantal kansen in ons voordeel. Op onze 3♣//-opening zou dan kunnen gelden:

  • redoublet = start maar in de transferkleur;
  • pas = ik heb steun in deze geboden kleur, je kunt dus als je 6‑5 hebt gewoon passen, partner;
  • minimaal bod in de Verdi-kleur = aangevend dat als partner 6‑5 heeft, er geen steun is in de kleur die de openaar biedt.

Samenvattend kunnen we zeggen dat VerdiDuo een conventie is die een grote mate van nauwkeurigheid heeft en dat het door haar duale karakter een uiterst lastige opening is voor de tegenpartij.

1Voorts kun je spelen dat op bijvoorbeeld 3 als Verdi eerst passen en daarna 3 doubleren voor straf is. Balancen voor de deelscore op drieniveau zal immers niet vaak zinvol zijn. – noot van de moderator