120% kans en toch down

Met nog twee wedstrijden voor de boeg domineren de twee Onstein teams nog steeds de 2^e divisie in het oosten. Het is stuivertje wisselen aan de kop. Het derde leidt, zoals het hoort, het veld, maar met minder dan 2 vips verschil kunnen beide teams nog winnen. De Vriendenkring en Interbridge hebben op de derde en vierde plaats enig fortuin nodig om langszij te komen.

Een van de aangename zaken bij het spelen is als je de leider ziet zwoegen en jij met de heer achter de vork kunt wachten tot hij de snit neemt en jij nog een paar hoge kaarten kunt cashen. Soms loopt het anders.

Zuid begon met 2 en na 2 van noord kon ik net nog 2 bieden. De noord-zuid spelers sloegen er weinig acht op, want na 2SA informeerde noord naar de majors en eindigde zuid zoals iedereen in 3SA.

West begon met schoppen en zuid dook B, maar nam V in slag twee. In die slag gooide west 4 en zuid informeerde naar onze afspraken. Ik legde uit dat we oneven aan doen bij het weggooien. Zuid knikte, speelde klaveren naar de heer en harten naar de tien.

Dat is een vreemde speelwijze. Zelfs met HB van harten in oost krijg je er wel een hoog, maar er is geen directe weg naar V. Nu nam west met B en ging eens uitgebreid nadenken wat hij na moest spelen.

De keuze gaat tussen klaveren en ruiten. Met A had ik H nagespeeld in slag twee. Klaveren lijkt onlogisch nu de leider de kleur aanvalt. Maar ruiten was de eerste kleur die west verwierp. Het argument dat er wellicht iets uitgesneden kon worden, maakte ruiten onaantrekkelijk.

West realiseerde zich niet dat de leider met AB van ruiten ongetwijfeld ruiten had gespeeld in plaats van harten nadat hij in de dummy aan slag was. Het klaverennaspel is voor zuid die nog drie hoge klaveren speelt. Ik kan twee ruiten missen en moet twee schoppens laten gaan.

A velt mijn heer en er niks eenvoudiger dan met schoppen van slag gaan en wachten op ruiten in de vork voor negen slagen.

Het nevenpaar klaagde over onrecht. In een grootslem met voldoende kansen vond de leider de succesvolle speelwijze niet, kijk mee:

Steenbakkers-Van der Werf bieden, als enigen, naar 7. Het veld stopt in klein slem met schoppen troef en een duo in 6SA. De laatsten mogen niet klagen over pech. Met harten uit wordt dat nog lachen. Twee keer is 4 het eindstation.

We verliezen 17 imps op het spel en dat stemt droevig. Maar 7 is zeer kansrijk. H goed is 50%. De klaveren rond, 35% en B in de dubbelton nog eens 10%.  Neem de kans op een squeeze mee en je komt boven de 120%. Je kunt niet eens down gaan. Ik doe vast iets fout, iemand legt me het wel een keer uit.

Maar goed, de ruitensnit neem je natuurlijk niet graag. Na harten uit klein heer (dank u) en aas, steek je over naar troefaas, casht twee hoge klaveren en troeft een harten. Nu B niet is gevallen tetter je alle troeven en west wordt gesqueezed, zo lijkt het. Helaas zit in het vierkaartseindspel A in de weg en bewaart west B-x en V. Je had dus de ruitensnit op moeten geven en na twee hoge klaveren ook A cashen.

Er blijft dan een driekaartseindspel over met een klaveren, een ruiten en een troef in de hand. Op de laatste troef moet west zich dan overgeven.

Maar ja, dan geef je in een vroegtijdig stadium de ruitensnit op en zet al je geld op de squeeze. Hoewel 7 maken op een dwang natuurlijk wel prettig is.

Tijdens de pauze wandel ik buiten met Tjeerd en hebben het over het spel. H in slag een is natuurlijk niet goed. Maar het apparaat zegt dat je ook na 9 alle slagen kunt maken. Een non-simultaneous dubbele? Een criss-cross waarbij je A sec laat liggen en de dreiging in de hand houdt?

Niks van dat alles. Op A gooi je voor de zekerheid de 7 bij en als onder H de 9 valt bij oost, dump je de tien. Dan harten getroefd en een rits troeven waarbij je aan het eind met 5 naar de zes in de dummy de boer vangt. Met die snit is de kans op succes gestegen naar 150%, denk ik…